Het jaar 1968. Voor de meeste mensen in ons fonds is dit vér voor hun tijd. Nederland ziet er dan heel anders uit.
En: op 1 november 1968 wordt ons pensioenfonds opgericht.
In die tijd ontstaan er meer pensioenfondsen. De AOW is er al. Daar heeft Willem Drees in 1957 voor gezorgd. Iedereen in Nederland krijgt vanaf zijn 65ste AOW-pensioen van de overheid. De AOW is bedoeld als basispensioen, zodat ouderen niet in armoede hoeven te leven. Vakbonden en werkgevers spreken af om daar een aanvulling op te regelen via de werkgever in een collectief fonds. Zo ontstaan de pensioenfondsen. De eerste is er al in de 19de eeuw. Later organiseren ook kleinere bedrijven zo’n collectief in een bedrijfstakpensioenfonds (afgekort: Bpf). In 1968 maken we hiermee een begin in onze branche voor het levensmiddelenbedrijf.
In het begin werken de meeste deelnemers bij ketens van kruidenierswinkels, winkels zonder formule en speciaalzaken. Later sloten ook de zuivel- en melkbedrijven zich aan bij ons fonds. Nu zijn vrijwel alle supermarkten (óók de zelfstandig supermarktondernemers) aangesloten. Zij vormen ons fonds samen met natuurvoedingswinkels, delicatessenwinkels, noten- en andere speciaalzaken. Zo groeit ons fonds mee met de veranderende sector.
Anno 2018 staan sommige zaken er in Nederland heel anders voor:
BPFL staat voor nieuwe uitdagingen. We leven met zijn allen steeds langer. De AOW-leeftijd en de pensioenleeftijd stijgen. De economie trekt aan, maar de rente is erg laag, dus de spaarpot groeit niet meer zo snel. We zijn gegroeid tot ruim 300.000 (oud-)werknemers en gepensioneerden. Voor hen beheren we in totaal € 6 miljard. (zie: ons Verkort Jaarverslag). Wij dragen zorg voor een goede, duurzame en kostenefficiënte uitvoering van de pensioenregeling. Daar gaan we – als het aan ons ligt – nog 50 jaar mee verder.
Froukje Sloot-Mulder en Rik Grutters
Werkgevers- en werknemersvoorzitter van Bpf Levensmiddelen (BPFL)